Saborós salade

Nee, het is geen gat in je cultuur als deze term je niets zegt. Het heeft ook niets te maken met dat laatste nieuwe kookboek over de Indische keuken dat je nog niet in de kast hebt staan, al kan je volgens mij nooit genoeg kookboeken hebben. Het zit zo: ik had een naam nodig voor dit geweldig lekkere gerecht en het leek me een leuk idee om het woord “lekker” in een ander taal te nemen. Die andere taal is Catalaans geworden, gewoon omdat het leuk klinkt. 🙂

De ster van het gerecht, de granaatappelpitten, ga ik hier ook nog even in de spotlights zetten. Ik eet ze niet vaak omdat het altijd een hele onderneming is om de pitten uit de granaatappel te krijgen maar ze zijn wel echt super lekker. Bovendien zijn ze ook heel gezond. Granaatappelpitten bevatten veel antioxidanten. Die kunnen bijvoorbeeld het risico op ontstekingen verlagen. De pitjes bevatten stoffen die bijdragen aan een gezonde bloeddruk én ze zijn een mooie bron van vitamine C. ¹

Bon profit! (Catalaans voor “eet smakelijk”)

1. Panoff, L. P. (2022, 23 februari). Pomegranate: 10 Health and Nutritional Benefits. Healthline. Geraadpleegd op 16 februari 2023, van https://www.healthline.com/nutrition/12-proven-benefits-of-pomegranate#1.-Packed-with-nutrients

Ingrediënten: (voor 2 personen)

• 1 rode ui
• 3 teentjes knoflook
• 4 handenvol bladspinazie
• 1 stronk witloof
• 1 lente-ui
• 120 g mozarella
• 60 g cashewnoten
• 35 g granaatappelpitten (lees hierover meer in de tips)
• Enkele sneden brood naar keuze

Bereiding: (30 minuten)

1. Versnipper de ui.
2. Stoof de ui in een middelgrote pan op een middelhoog vuur.
3. Hak de knoflook fijn en voeg toe als de ui glazig wordt.
4. Snijd de witloof in ringetjes.
5. Snijd de lente-ui in ringetjes.
6. Doe de witloof, lente-ui en spinazie mee in de pan.
7. Roer alles goed door elkaar.
8. Snijd de mozarella in plakjes.
9. Voeg de mozarella en de cashewnoten toe.
10. Dresseer op de borden en werk af met de granaatappelpitten.
11. Serveer met enkele sneden brood erbij.

Smakelijk!

Tip:

Ja, die granaatappelpitten moeten er echt bij. 😉 Die geven namelijk de frisse, zoete touch die dit gerechtje compleet maakt. Hieronder lijst ik even de mogelijkheden op om aan granaatappelpitten te komen zonder dat je hele keuken volplakt.

• Koop een volledige granaatappel. Rol deze over je snijplank en snijd hem in 4. Neem dan een kom met water, dompel ze onder water en haal zo de pitten eruit. Schep daarna de granaatappelpitten uit het water en dresseer ze over de salade.
• Koop diepgevroren granaatappelpitten. Die plakken niet en smaken ook goed. Je ontdooit dan juist wat je nodig hebt en de rest bewaar je in een zakje in de diepvries voor als je dit gerecht nog eens maakt, (of een ander gerecht met granaatappelpitten)
• Ontruim je volledige keuken en voorzie jezelf van een imkerpak. Rol dan de granaatappel over je snijplank en snijd hem doormidden. Pruts de pitten los en verzamel ze op een schaaltje. Poets achteraf je snijplank, keukenvloer, muren en plafond.

Mijn voorkeur gaat naar de diepvries optie.